Mechanische ventilatie systemen zijn systemen die zorgen voor een betere luchtkwaliteit in woningen en commerciële gebouwen. Dit gebeurt door muffe lucht af te zuigen of door verse lucht aan te voeren, sommige systemen doen beiden. Mechanische ventilatie vervangen moet op zijn tijd een keer gebeuren. In dit artikel lees je er meer over.
Voordelen van ventilatiesystemen
Elk mechanisch ventilatiesysteem heeft zijn eigen specifieke voordelen en is geschikt voor veel verschillende soorten toepassingen. Elk systeem heeft een reeks voordelen, waaronder:
– Verbetering van de luchtkwaliteit binnenshuis
– Geen risico op condensatie, schimmel en vocht
– Vermindering van de risico’s op gezondheidsproblemen veroorzaakt door luchtverontreinigende stoffen binnenshuis
– Zorgt voor helderdere lucht die gunstig is voor allergie en astma
– Stille werking
– Lage kosten
Wat zijn de verschillende soorten mechanische ventilatie?
Ventilatiesystemen zijn er in vele vormen, afhankelijk van waar je ze voor nodig hebt en waar ze geïnstalleerd zijn.
Plafondventilator
Plafondventilatoren helpen de temperatuur in individuele kamers te regelen. Ze laten lucht circuleren om de interne temperaturen te verlagen, maar ze brengen geen nieuwe lucht de ruimte in.
Dak ventilatie
Dakventilatiesystemen brengen koele lucht van buiten het gebouw binnen en duwen de warme lucht met ventilatoren naar buiten. Deze systemen kunnen op zonne-energie werken om je energierekening te verlagen.
Kanaalventilatie
Mechanische ventilatoren kunnen overal in een gebouw verse lucht leveren via nieuwe of bestaande kanalen.
Luchtontvochtigers
Vochtigheid kan ongemak veroorzaken, evenals schimmel- en meeldauwgroei, wat een gezondheidsrisico is. Luchtontvochtigersystemen verwijderen vocht uit de lucht, zodat kamers droog en comfortabel aanvoelen.
Buitenluchttoevoer
Als je frisse lucht in een afgesloten ruimte moet brengen, gebruiken buitenluchttoevoer ventilatoren en filters om voortdurend schone lucht van hoge kwaliteit naar binnen te blazen.
Uitlaat systemen
Mechanische uitlaatsystemen voeren warmte, rook, slechte geuren en andere verontreinigingen uit gesloten ruimtes af om de plaatselijke lucht schoon te houden.
Toevoer- en afvoersystemen worden vaak gecombineerd om een continue luchtstroom te bieden in ruimtes.
Mechanische ventilatie vervangen: Waar doe je dat?
Ventilatiesystemen zijn redelijk groot, vooral de betere. Dit komt omdat lucht ruimte nodig heeft om efficiënt en stil te bewegen en een goed geïsoleerde behuizing zal bijdragen aan de omvang van het systeem. Bij de situering van het systeem dient gemakkelijke toegang voor filtervervanging en onderhoud in acht te worden genomen.
Om mechanische ventilatie vervangen voor elkaar te krijgen en toegang te krijgen tot het ventilatiesysteem, wil je waarschijnlijk niet balanceren over een stuk plafondbalken, terwijl je probeert je voet niet door het plafond te steken. Idealiter bevindt de unit zich op een centrale locatie, waardoor men de kanaaldoorgangen tot een minimum beperkt.
De eenheid vindt vaak plaats binnen het thermische omhulsel, b.v. een bijkeuken, technische ruimte, warme zolder of opslagruimte. In dit geval moet de unit dicht bij een buitenmuur staan, waardoor de aan- en afvoerleidingen zo kort mogelijk zijn. Goed geïsoleerde units kan men ook buiten de thermische omhulling installeren, b.v. in een garage: Plaats de unit in dat geval dichtbij de scheidingswand van de woning om de aan- en afvoerleidingen zo kort mogelijk te houden.
Kleinere units kun je ook aan het plafond monteren met een onderhoudsluik. In dit geval moet de unit zich dicht bij de buitenmuur bevinden met de aanzuig- en afvoeropeningen.
Als dit allemaal niet mogelijk is, kun je de systemen op een koude zolder installeren. In dit geval moet je met name opletten dat de toevoer- en afvoerkanalen, die omgevingslucht vervoeren, niet blootstaan aan koude. Idealiter plaats je deze volledig onder de zolderisolatie. Indien dit bij sommige lengtes leiding niet mogelijk is, dien je deze goed te isoleren.
Mechanische ventilatie vervangen: Hoe doe je dat?
Stap 1 – De kleppen plaatsen
Het belangrijkste principe is om de kleppen uit de buurt van de ruimtes te plaatsen waar bewoners de meeste tijd doorbrengen om tocht te minimaliseren.
Luchttoevoerventielen in woonruimtes moet je ver naar achteren in de kamer plaatsen, dicht bij de ramen en idealiter boven een radiator. Als je ze bijvoorbeeld over de bank of over bedden in slaapkamers plaatst, kunnen ze tocht veroorzaken. In nieuwe huizen worden toevoerluchtkleppen vaak boven de voordeur geplaatst, ver weg van meubels. Afvoerventielen moet je direct boven de vocht- en warmtebron plaatsen, bijvoorbeeld boven de douche, wasmachine of vaatwasser en zo hoog mogelijk op schuine plafonds.
Luchtsnelheid
Niet iedereen is even gevoelig voor tocht, maar als je tocht en neerwaartse druk wilt voorkomen, is het belangrijk goed na te denken waar je de kleppen plaatst. 0,15 m / sec. wordt beschouwd als de aanvaardbare bovengrens voor luchtsnelheid rond een zittende activiteit. Voor mensen in beweging, luchtsnelheden tot 0,4 m / sec. kan worden geaccepteerd.
Stap 2 – het ventilatiesysteem, geluiddempers en hoofdkanalen
De ventilatie-unit zelf moet je in het midden van de ruimte plaatsen die deze moet bedienen. Plaats de unit niet direct boven een woonruimte om geluidsoverlast te voorkomen en maak ruimte eromheen om leidingen, elektriciteit en condensafvoer aan te sluiten. Een voor- of achteringang is vaak een goede keuze, als je de unit niet op de zolder kunt plaatsen.
Als je de ventilatie-unit op de zolder plaatst, moet je deze op een stevige ondergrond plaatsen die schuin naar de condensafvoer loopt en sterk genoeg is om het gewicht van zowel de unit als 1-2 personen te dragen. Ook moet de ondergrond trillingsvrij zijn, bijvoorbeeld door een ‘sandwich’ constructie te bouwen waarop de unit geplaatst kan worden.
Ventilatiekanalen
Op het plan moet je ook aangegeven hoe de kleppen via hoofdkanalen en aftakkanalen op de ventilatie-unit zijn aangesloten.
Het kanalensysteem moet zo eenvoudig en symmetrisch mogelijk zijn, omdat dit het balanceren van het systeem gemakkelijker maakt. Op het hoofdkanaal moet er minimaal 1 meter tussen de aftakkanalen zitten. De kleppen moet je minimaal 1 meter van het hoofdkanaal plaatsen.
Lawaai
Op de ventilatie-unit kun je een geluidsdemper monteren en wij adviseren ook om geluidsdempers te monteren voor de toe- en afvoerluchtkleppen om geluidsoverdracht tussen kamers via de ventilatiekanalen te voorkomen. Voor bijzonder geluidsgevoelige installaties kan een ‘geluidsarm model’ of geluiddempende box een optie zijn.
Stap 3 – Luchtinlaat en -uitlaat
De laatste stap in de installatie is het aanbrengen van aanzuiging en afvoer voor de ventilatiekanalen in de gevel en op het dak.
Inlaat frisse lucht
Verse buitenlucht wordt de woning binnengebracht via een dakluik of een gevelventilatie. Het is een goed idee om ze op het noorden of oosten te plaatsen. Als je ze op het zuiden of westen plaatst, kan de lucht in de zomer te warm worden. Houd rekening met het drukverlies in de oplossing die je kiest en kies idealiter altijd een oplossing die één of twee cijfers groter is dan het hoofdkanaal.
Afvoer van uitlaatlucht
Afvoer van uitlaatgassen gebeurt via een ontluchting op het dak of een gevelopening. De afmetingen van de dakkapontluchting moeten minimaal zo groot zijn als de luchtinlaat- en uitlaatkanalen. De ventilatieopeningen van de dakkap moet je minimaal 3 meter tussen de inlaat van verse lucht en de uitlaatlucht plaatsen.
Vermijd horren
Veel gevelopeningen levert men met een standaard gemonteerde hor / bladbeschermer. Hierdoor bestaat het risico dat vliegen en bladeren het ventilatierooster vullen, waardoor je een optimale luchttoevoer voorkomt. Laat in plaats daarvan het filter in de ventilatie-unit, die sowieso elke zes of 12 maanden vervangen moet worden, vliegen en dergelijke vangen.